Table of Contents

    Speelterreinen zijn een belangrijke ontspanningsplaats voor kinderen.

    Een speelterrein is elke speeltuin, elk speelplein, elke speelplaats waar minstens één speeltoestel aanwezig is dat door kinderen of jongeren jonger dan 18 jaar collectief gebruikt wordt om te spelen.

    Voorbeelden ervan zijn:

    • schoolspeelplaats,
    • speelplein,
    • kinderopvang,
    • openbare, privé- en indoorspeeltuinen,
    • recreatiedomeinen,
    • skateparken, …

    De uitbater van het speelterrein is verantwoordelijk voor de veiligheid en het onderhoud van de installaties en het terrein. Als ouder of begeleider blijft men natuurlijk wel verantwoordelijk voor het gedrag van zijn kinderen.

    De gebruikers, de speelterreinsector en de overheid hebben elk hun rol te spelen in de veiligheid van de speelterreinen in België, zonder echter het speelplezier van de kinderen uit het oog te verliezen. Moderne materialen en een doordachte inplanting van de speeltoestellen maken het immers mogelijk veilige en attractieve speelomgevingen te creëren.

    Het is uiteraard niet mogelijk ervoor te zorgen dat er geen enkel ongeval meer gebeurt op onze speelterreinen. Dat zou er alleen op wijzen dat er bijna niet meer echt gespeeld wordt. Spelen is immers een leerproces met vallen en opstaan.

    Reglementering

    De algemene veiligheidsvoorschriften voor speelterreinen en speeltoestellen staan in het Wetboek economisch recht, boek IX betreffende de veiligheid van producten en diensten.

    De specifieke eisen voor speeltoestellen en voor het uitbaten van speelterreinen werden verder uitgewerkt in volgende koninklijke besluiten:

    Producten en installaties die volgens deze reglementering niet als speeltoestellen worden beschouwd, zijn:

    • producten met een gewicht kleiner dan 3 kilogram;

    • tijdelijke toestellen die als element van hun spel door kinderen voor zichzelf worden vervaardigd (onder toezicht);

    • kinderfietsen, loopfietsen en loopstoeltjes.

    Verplichtingen voor fabrikanten van speeltoestellen

    Een speeltoestel mag slechts op de markt worden gebracht als zowel aan de algemene veiligheidseisen als aan de specifieke veiligheidsbeginselen over het ontwerp en de vervaardiging ervan voldaan wordt.

    Elk speeltoestel moet voorzien zijn van de volgende, onlosmakelijk op of in het toestel aangebrachte, onuitwisbare opschriften of aanduidingen:

    • de naam (identificatie) van het speeltoestel;

    • het merk, de naam en contactgegevens van de producent;

    • het productiejaar en, indien van toepassing, het typenummer.

    Daarnaast moet de producent in een document dat het speeltoestel vergezelt de montage- en installatievoorschriften en andere relevante informatie opnemen. Dit document moet ten minste opgesteld zijn in de talen van het taalgebied waar het speeltoestel op de markt wordt gebracht.

    Verplichtingen voor de uitbaters van speelterreinen

    Als uitbater is men verantwoordelijk voor de veiligheid van de speeltoestellen en -terreinen.

    Een speelterrein mag slechts uitgebaat worden als aan de algemene veiligheidsverplichtingen voldaan is. Hiervoor moeten volgende stappen doorlopen worden:

    • uitvoeren van een risicoanalyse;
    • opstellen van preventiemaatregelen;
    • toepassen van deze preventiemaatregelen tijdens de opstelling en de uitbating van het speelterrein;
    • opstellen van een inspectie- en onderhoudsschema:
      • regelmatig nazicht: dagelijks of wekelijks,
      • onderhoudswerkzaamheden: maandelijks of tweemaandelijks,
      • periodieke controles: jaarlijks.

    De FOD Economie heeft een tool gemaakt die hiervoor gebruikt mag worden. Deze tool laat je toe om een risicoanalyse en een inspectie- en onderhoudsschema van een speelterrein op te maken. Het gebruik ervan is niet verplicht. 

    De tool downloaden (XLS, 233.5 KB)

    Volgende inlichtingen moeten door de uitbater duidelijk en leesbaar aangegeven worden:

    • de naam/firmanaam en het adres van de uitbater,

    • een unieke alfanumerieke identificatie voor elk speeltoestel (per speelterrein),

    • een algemeen reglement en eventuele waarschuwingen in de talen van het taalgebied van het speelterrein of onder vorm van duidelijke en ondubbelzinnige iconen.

    Onthoud dat bordjes met waarschuwingen zoals “gebruik op eigen risico” (of gelijkaardige vermeldingen) niet toegelaten zijn.

    Door het bijhouden van een logboek kan men als uitbater op een efficiënte manier aantonen dat de verplichtingen van de reglementering gevolgd werden.

    Een handboek over de veiligheid van speelterreinen werd uitgewerkt als hulpmiddel voor de producenten van speeltoestellen en uitbaters van speelterreinen.

    Risicoanalyse 

    Het doel van een risicoanalyse is het kunnen aantonen dat alle gevaren zijn geïdentificeerd, dat de daaruit voortvloeiende risico's zijn beoordeeld en op welke manier een niet aanvaardbaar risico aanvaardbaar werd gemaakt door middel van preventiemaatregelen. 

    In de instructie voor tussenkomende organismen (PDF, 633.3 KB) verduidelijkt de FOD Economie wat een risicoanalyse zou moeten zijn, alsook de inhoud ervan en welke elementen er in aanwezig moeten zijn.

    Meldingsplicht van incidenten en ongevallen

    informatiebrief voor verhuurders van springkastelen en organisatoren van evenementen (PDF, 1.08 MB)

    Een ongeval of incident melden

    Laatst bijgewerkt
    27 maart 2024