Table of Contents

    De zelfstandigen die een activiteit opstarten (of starters) worden ingeschreven als zelfstandigen vanaf het ogenblik dat ze de wettelijke verplichtingen van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ) naleven, meer bepaald zodra ze zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en een ziekenfonds. De zelfstandigen die een activiteit stopzetten, verliezen het statuut van zelfstandige vanaf het moment van de stopzetting.

    De bedrijfstak verwijst naar de belangrijkste groepen van de nomenclatuur van de beroepen, eigen aan het sociale statuut van de zelfstandigen bij het RSVZ. Er zijn zeven bedrijfstakken: landbouw, visserij, nijverheid en ambachten (productie), handel, vrije (en intellectuele beroepen), diensten en diversen.

    Statistieken over zelfstandigen (RSVZ)

    De gegevens die op deze pagina zijn vermeld, zijn afkomstig van de statistieken over zelfstandigen en hun helpers die elk jaar worden gepubliceerd door het RSVZ.

    Verdeling van zelfstandigen en helpers

    Van de 1.257.356 Belgische zelfstandigen en helpers die in het 4e kwartaal 2022 zijn aangesloten bij sociale verzekeringsfondsen, zijn er 795.282 (63,3 %) zelfstandigen in hoofdberoep, 323.494 (25,7 %) zelfstandigen in bijberoep en 138.580 (11 %) actief na de pensioenleeftijd.

    De meeste zelfstandigen en helpers behoren tot de leeftijdsgroep van 30 tot 59 jaar: 303.416 (24,1 % van het totaal) van 40 tot 49 jaar, (293.787; 23,4 % van het totaal) van 50 tot 59 jaar en 279.876 (22,3 % van het totaal) van 30 tot 39 jaar(22,3 % van het totaal). De meesten van hen zijn mannen (811.281; 64,5 % van het totaal). Ze werken hoofdzakelijk in drie bedrijfstakken: de vrije beroepen (411.887; 32,8 % van het totaal), de handel (338.621; 26,9 % van het totaal) en nijverheid (301.921; 24 % van het totaal).

    Het aantal zelfstandigen en helpers stijgt met 2,2 % tussen 2021 en 2022. Over de periode 2012-2022 zijn de gemiddelde jaarlijkse groeicijfers het sterkst gestegen bij de zelfstandigen die actief zijn na de pensioenleeftijd (+5,8 %) en bij de zelfstandigen in bijberoep (+3,6 %). Bijgevolg heeft de groep zelfstandigen ouder dan 60 jaar over dezelfde periode ook hoger gemiddeld jaarlijks groeipercentages (+4,5 % van 60 tot 69 jaar en +5,4 % van 70 jaar en ouder) dan de andere leeftijdscategorieën, in het bijzonder in vergelijking tot de zelfstandigen tussen 40 en 49 jaar (+0,7 %). De toename van het aantal zelfstandigen jonger dan 30 jaar (+3,5 %) en van het aantal zelfstandigen tussen 50 en 59 jaar (+2,4 %) is aanzienlijk hoger door de aantrekkelijkheid van het statuut van zelfstandige in bijberoep.

    Tijdens de laatste tien jaar is het aantal vrouwelijke zelfstandigen iets sneller gestegen (+2,9 %) dan het aantal mannelijke zelfstandigen (+2,2 %). Een trend die zich ook tussen 2021 en 2022 heeft voortgezet met een respectievelijke stijging van het aantal vrouwelijke en mannelijke zelfstandigen van 2,5 % en 2 %. 

    Tot slot kenden vier bedrijfstakken een stijging in de periode 2012-2022

    • +4,6 % voor de vrije beroepen,
    • +3,4 % voor de nijverheid,
    • +2,4 % voor de landbouw en
    • +1 % voor de diensten.

    Twee andere bedrijfstakken kenden een stagnatie of een daling in diezelfde periode

    • -1,6 % voor de visserij en
    • 0 % voor de handel.

    De bedrijfstak "Diversen", die onbekende beroepen en beroepen die niet onder een andere beroepscode vallen groepeert, is niet in de evolutiegrafieken opgenomen vanwege het lage aantal en de verscheidenheid binnen de categorie.

    De verdeling per leeftijd van de zelfstandigen volgens hun statuut toont aan dat bijna alle “actieven na de pensioenleeftijd” van 60 jaar en ouder zijn: 54,1 % van hen zijn 60 tot 69 jaar oud en 47,7 % 70 jaar en ouder. Voor de zelfstandigen in hoofdberoep of bijberoep is de verhouding tussen de leeftijdsgroepen min of meer gelijk verdeeld (13, % bevindt zich in de groep jonger dan 30 jaar, tussen 23 % en 28 % in de groepen van 30 tot 39 jaar, 40 tot 49 jaar en 50 tot 59 jaar. Een opmerkelijk cijfer is dat 9,5 % van de zelfstandigen in hoofdberoep en 6,5 % van de zelfstandigen in bijberoep tussen 60 en 69 jaar oud zijn. Ten slotte zijn vrouwelijke zelfstandigen in vergelijking met mannelijke zelfstandigen vaker aan de slag in bijberoep (141.061; 43,6 % van die categorie) dan in hoofdberoep (269.540; 33,9 % van die categorie) of als actieven na pensioen (35.474; 25,6 % van die categorie).

    In 2022 startten 124.048 zelfstandigen en helpers Die starters kwamen voornamelijk uit  Vlaanderen (72.117; 58,1 % van het totaal) tegen 29.724 (24 % van het totaal) in Wallonië en 18.469 (14,9 % van het totaal) in Brussel. Die starters oefenen hun zelfstandigheid meestal in hoofdberoep uit (72.593; 58,5 % van het totaal in 2022) en in bijberoep (48.604; 39,2 % van het totaal). De verdeling van de startende zelfstandigen neemt in 2022 af met de leeftijd: 82.186 zijn jonger dan 40 jaar (66,3 % van het totaal) en maar 4.919 zijn 60 jaar of ouder (4 % van het totaal). De meeste van hen zijn mannen (77.544; 62,5 %) en werken in de vrije beroepen (40.388; 32,6 %), in de nijverheid (38.907; 31,4 %) en in de handel (27.460; 22,1 %).

    Het aantal nieuwe zelfstandigen en helpers tussen 2021 en 2022 is in dalende lijn (- 3,1 %), na de sterke stijging tussen 2020 en 2021 (+9,8 %). Die daling deed zich vooral voor in Vlaanderen (-6,3 %) en in mindere mate in Wallonië (-0,4 %), terwijl het aantal nieuwe zelfstandigen in Brussel steeg met 4,3 %. Toch blijft de gemiddelde jaarlijkse groei over de laatste tien jaar (20212-2022) hoger in Vlaanderen (+3,5 %) dan in Wallonië (+1,8 %) en Brussel (+1,6 %).

    Die daling concentreerde zich vooral bij nieuwe zelfstandigen in bijberoep (-8 %), aangezien de andere twee categorieën een lichte stijging vertoonden (+1,2 % voor nieuwe actieven na pensioen en +0,4 % voor nieuwe zelfstandigen in hoofdberoep). De categorie nieuwe zelfstandigen die de afgelopen tien jaar het sterkst is gestegen, blijft echter de categorie nieuwe zelfstandigen in bijberoep (gemiddeld +4,3 % per jaar tussen 2012 en 2022). De daling van het aantal nieuwe zelfstandigen betreft vooral vrouwen (-5,3 %) tegen mannen (-1,7 %) en alle leeftijdscategorieën met uitzondering van die van 70 jaar en ouder (+8,2 %), evenals alle bedrijfstakken met uitzondering van de vrije beroepen (+2,4 %).

    Het aantal zelfstandigen en helpers die hun activiteit stopzetten (63.747 in 2022) ) komen hoofdzakelijk uit Vlaanderen (36.346; 57 % in 2022 van het totaal) tegen 15.140 (23,8 % van het totaal) in Wallonië en 8.773 (13,8 % van het totaal) in Brussel. Net als de startende zelfstandigen oefenden de stoppende zelfstandigen hun zelfstandigheid vooral in hoofdberoep (36.270; 56,9 % in 2022 van het totaal) en in bijberoep uit (20.569; 32,3 % van het totaal). Die laatste groep, de stoppers in bijberoep, zijn vaak jonger dan 40 jaar: 15.955 (25 % van het totaal) zijn 30 tot 39 jaar en 14.804 (23,2 % van het totaal) zijn jonger dan 30 jaar. Ten slotte is de meerderheid van mensen die hun zelfstandigheid in 2022 stopzetten mannen (39.193 ; 61,5 %) en werken in de nijverheid (19.439; 30,5 %), de handel (18.949; 29,7 %) en vrije beroepen (15.822; 24,8 %). Uiteindelijk zijn de categorieën met de meeste zelfstandigen en helpers die een activiteit opstarten als die met de meeste zelfstandigen en helpers die een activiteit stopzetten.

    Het aantal zelfstandigen en helpers die stopten tussen 2021 en 2022 is in sterke stijgende lijn (+21,7 %), na een eerste stijging tussen 2020 en 2021 (+8 %). Die groei is groter in Brussel (+26,9 %) en voor de categorie zelfstandigen in bijberoep (+27,1 %). In de periode 2012-2022 blijven de gemiddelde jaarlijkse groeicijfers positief, met name voor zelfstandigen met een activiteit na pensioenleeftijd (6,9 %) en zelfstandigen in bijberoep (+6,4 %). De verhoging van het aantal zelfstandigen tussen 2021 en 2022 die stopten betreft voornamelijk vrouwen (+24,1 %), mensen van minder dan 30 jaar (+27,8 %) of van 40 tot 49 jaar (+27,2 %) en bijna alle bedrijfstakken, maar vooral in de nijverheid (+26,2 %) en in de dienstensector (+24,3 %).

    Laatst bijgewerkt
    21 augustus 2023