Table of Contents
De pagina maakt gebruik van gegevens uit Flash Eurobarometer 342, 381, 426, 456, 498 en 549 van de Europese Commissie. De gegevens zijn het resultaat van opeenvolgende enquêtes en niet van administratieve statistieken. De resultaten moeten derhalve worden geïnterpreteerd met de nodige voorzichtigheid en terughoudendheid die aan elke enquête inherent zijn.
Welke inspanningen leveren kmo’s om te besparen op grondstoffen?
Een groot deel van de Belgische kmo’s onderneemt acties om grondstoffen te besparen. 94,7 % van de Belgische kmo’s onderneemt ten minste één actie vernoemd in de enquête. Ze proberen dat voornamelijk door:
- zo weinig mogelijk afval te hebben op het einde van het productieproces (82,6 %),
- te besparen op energie (77,1 %), en
- te besparen op materialen (64,7 %).
Elke actie wordt in 2024 door meer ondernemingen genomen dan in 2022, behalve het verkopen van reststromen aan andere ondernemingen.
Het aandeel ondernemingen dat veel acties (ten minste vijf) onderneemt, neemt sinds 2018 duidelijk toe: van 38,0 % in 2018 tot 58,7 % in 2024. Het aandeel ondernemingen die daarentegen weinig (geen, een of twee) acties onderneemt, daalt van 31 % in 2018 naar 18,1 % in 2024.
Naarmate een onderneming meer werknemers heeft, stijgt de kans dat ze veel (vijf of meer) acties ondernemen om te besparen op grondstoffen. Het gaat van 58,0 % bij micro-ondernemingen naar 74,2 % bij kleine ondernemingen tot 80,1 % bij middelgrote ondernemingen. Dat was in 2022 ook al het geval, al lagen die percentages dan voor alle categorieën lager: respectievelijk 45,9 %, 60,0 % en 75,0 %. Een minderheid van micro-ondernemingen (5,5 %) onderneemt daarentegen geen acties, terwijl dat bij de kleine en middelgrote ondernemingen maar heel zelden voorkomt (1,3 % en 0,7 %).
Wat betreft de acties die kmo’s in de toekomst willen doen, hebben de volgende acties de voorkeur:
- afval beperken (79,9 %);
- energie besparen (77,3 %).
Bovendien ligt het aantal kmo’s dat van plan is om een reeks acties te ondernemen om het gebruik van grondstoffen in de toekomst te verminderen, in 2024 voor alle soorten acties hoger dan in 2022.
Een uitzondering is echter de verkoop van afval en/of restanten aan andere ondernemingen. Die is lager dan in 2022. Het is meteen ook de actie die het minst gepland wordt door de Belgische kmo’s.
Hoeveel investeren kmo’s in grondstofbesparende maatregelen?
Een vijfde (21,5 %) van de kmo’s die bespaart op grondstoffen, doet daarvoor geen investeringen. De grootste groep (52,2 %) investeert één tot vijf procent van hun omzet om efficiënter om te gaan met hun grondstoffen. Investeringen hoger dan 10 % van de omzet gebeuren nauwelijks. Dat gaat om slechts 4,0 % van de Belgische kmo’s.
Micro-ondernemingen geven vaker dan de grotere categorieën aan dat ze geen financiële middelen besteden aan maatregelen om grondstoffen te besparen. Dat kan echter ook andersom worden geïnterpreteerd: kleine ondernemingen nemen juist die maatregelen omdat ze geen investeringen vereisen.
Wat zijn de obstakels voor kmo’s op hun weg naar duurzaamheid?
Drie op de tien kmo’s (28,9 %) ondervonden geen barrières wanneer ze duurzaamheidsacties ondernamen, wat bijna 5 procentpunten lager is dan in 2022. De complexiteit van de administratieve en juridische procedures is met 40,5 % veruit de meest voorkomende barrière om besparingsacties op te zetten, gevolgd door de moeilijkheid om milieugerelateerde wetgeving aan te passen aan hun onderneming (30,3 %) en de technische vereisten van de wetgeving die niet up-to-date zijn (29,0 %).
Ook de complexiteit van de rapporteringsvereisten, voor het eerst bevraagd in 2024, wordt meteen al door drie op de tien (27,4 %) kmo’s als een barrière gezien. Bij middelgrote ondernemingen ligt dat percentage dubbel zo hoog (50,9 %) dan bij micro-ondernemingen (27,0 %). Dat ligt er mogelijk aan dat de kans dat micro-ondernemingen (in)direct moeten rapporteren lager ligt, en dus daarmee minder geconfronteerd worden.
Wat is het effect van grondstoffenbesparing op de productiekosten?
Een derde van de kmo’s (32,4 %) heeft haar productiekosten zien dalen door efficiënter om te gaan met grondstoffen. Dat is even hoog als in 2022 (32,7 %). Nog een derde (33,5 %) van de ondernemingen ziet hun kosten net stijgen. Een kwart (25,3 %) ziet geen impact op hun productiekosten.
Vooral in de dienstensector zijn er kostendalingen te merken (45,4 %), ondanks dat zij minder vaak veel inspanningen doen (zie hierboven). Micro-ondernemingen (31,9 %) zien hun productiekosten minder vaker dalen dan kleine (43,2 %) en middelgrote ondernemingen (39,8 %).