Table of Contents

    Het koninklijk besluit van 3 juli 1992 zorgt voor de omzetting in Belgisch recht van de richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake gastoestellen  (Europese richtlijn 90/396/EG geconsolideerd door de Europese richtlijn 2009/142/EG). Dat besluit bepaalt de voorwaarden voor het op de markt brengen van gastoestellen. Het is van toepassing op alle producten die bestemd zijn om op de markt te worden gebracht (of te worden gebruikt) op het grondgebied van de gemeenschap en die vallen onder het toepassingsgebied waarvan verder sprake is. Het is eveneens van toepassing zowel op nieuwe producten als op producten die in die mate zijn aangepast dat zij een invloed kunnen hebben op de veiligheid van mensen, goederen en dieren. Naast de bepalingen van het KB van 3 juli 1992 moeten de gastoestellen ook beantwoorden aan alle regels en richtlijnen die voor hen van toepassing zijn (bij voorbeeld de Laagspanningsrichtlijn en de richtlijn elektromagnetische compatibiliteit).

    Toepassingsgebied

    Het KB van 3 juli 1992 dat zorgt voor de omzetting van de Europese richtlijn 90/396/EG geconsolideerd door de Europese richtlijn 2009/142/EG is van toepassing op:

    • toestellen die worden gebruikt voor koken, verwarmen, warmwaterproductie, koeling, verlichting of wassen die met gasvormige brandstoffen gestookt worden en die, indien van toepassing, een normale watertemperatuur van ten hoogste 105 °C hebben, alsook aangeblazen ventilatorbranders en warmtegeneratoren bestemd om uitgerust te worden met dergelijke branders, hierna "toestellen" genoemd;
    • beveiligings-, controle- en regelapparatuur en onderdelen met uitzondering van aangeblazen ventilatorbranders en warmtegeneratoren bestemd om uitgerust te worden met dergelijke branders die apart op de markt worden gebracht voor professioneel gebruik en die bestemd zijn om in een gastoestel te worden ingebouwd of om geassembleerd te worden tot een gastoestel, hierna "toebehoren" genoemd.

    De toestellen specifiek bestemd voor het gebruik in industriële processen in industriële bedrijven zijn uitgesloten van de werkingssfeer van het eerste lid.

    Procedure voor het op de markt brengen van gastoestellen

    Betrokken toestellen en toebehoren mogen enkel op de markt worden gebracht en in gebruik worden genomen indien zij voldoen aan de bepalingen van het KB van 3 juli 1992. Dat betekent dat zij moeten beantwoorden aan:

    • de fundamentele voorschriften die bepaald zijn in bijlage 1 van het KB van 3 juli 1992;
    • de procedures volgens welke de overeenstemming wordt vastgesteld, voorzien in artikel 7 van het KB

    De toestellen en toebehoren worden geacht te voldoen aan de fundamentele veiligheidsvoorschriften van richtlijn 90/396/EG geconsolideerd door de Europese richtlijn 2009/142/EG wanneer zij beantwoorden aan:

    • de Belgische of buitenlandse normen die op hen betrekking hebben en die zorgen voor de omzetting van de Europese normen en aanpassingsdocumenten die zijn verschenen in het Publicatieblad van de Europese gemeenschappen;
    • de Belgische of buitenlandse normen die op hen betrekking hebben voor zover er geen enkele Europese norm of aanpassingsdocument hiervoor bestaat.

    Inbreuken

    De inbreuken op de bepalingen van het KB van 3 juli 1992 worden opgespoord, vastgesteld en bestraft in overeenstemming met de bepalingen van WER boek XV.

    Laatst bijgewerkt
    22 maart 2022