Table of Contents
Het gebruik van schoolboeken, atlassen, literaire werken, films, muziek, ... door leerkrachten of onderzoekers, is onderworpen aan het auteursrecht.
Om de onderwijsactiviteiten in onze samenleving te ondersteunen, heeft de wetgever in de wet specifieke uitzonderingen opgenomen voor het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek.
Zoals voor alle uitzonderingen, moeten er zeer precieze voorwaarden vervuld zijn, om beroep te kunnen doen op een van deze uitzonderingen.
Algemene voorwaarden
De uitoefening van het moreel divulgatierecht door de auteur is een eerste algemene voorwaarde, die geldt voor alle uitzonderingen ten behoeve van het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek, wat het auteursrecht op werken betreft. Door deze bepaling moet de auteur die meent dat zijn werk voltooid is, toestaan dat het publiek er kennis van neemt.
Een tweede algemene voorwaarde is dat men, in de mate van het mogelijke, de bron moet vermelden waaruit het werk is gehaald, alsook de naam van de auteur.
Specifieke voorwaarden
De wet vermeldt bij elke uitzondering de specifieke voorwaarden. In de loop der jaren heeft de rechtspraak deze voorwaarden soms verduidelijkt.
Citeren uit werken of prestaties
Deze uitzondering is van toepassing op alle werken en prestaties, voor zover het citaat uit het werk of de prestatie kadert binnen een eigen uiteenzetting. Zo kan een leraar bijvoorbeeld op een zelfgemaakt oefeningenblad de tekening van een stripfiguur overnemen. Een onderzoeker kan op zijn beurt in zijn werk bijvoorbeeld een of meer zinnen van een collega-onderzoeker aanhalen.
De mededeling of uitvoering van werken of uitvoeringen in het kader van schoolactiviteiten
Ook deze uitzondering is van toepassing op alle werken en hoeft niet noodzakelijk binnen de muren van een onderwijsinstelling te gebeuren. Zo kan een klasgroep bijvoorbeeld een voorleessessie in een bibliotheek bijwonen. De uitzondering bevat ook de mogelijkheid om tijdens een openbaar examen een werk uit te voeren, zoals een muziekstuk, voor het bekomen van een bekwaamheidsattest of diploma.
Het gebruik van werken of prestaties ter illustratie bij onderwijs of wetenschappelijk onderzoek
Het gebruik van de werken of prestaties mag geen afbreuk doen aan de normale exploitatie van het werk of de prestatie. Bijgevolg mag een leerkracht bijvoorbeeld geen syllabus maken die enkel en alleen is samengesteld met hoofdstukken uit andere schoolboeken.
De wet schrijft voor dat het oogmerk niet winstgevend mag zijn, wat niet verhindert dat de onderwijsinstellingen een vergoeding kunnen vragen aan de leerlingen/studenten voor de kopieën die ze aan hen uitdelen, zolang de instellingen daar geen winst op maken.
Bovendien maakt de uitzondering geen onderscheid tussen een analoge reproductie of mededeling en een digitale reproductie of mededeling. Als de mededeling digitaal verloopt, moet ze wel goed beveiligd worden door passende maatregelen, zoals een login en een wachtwoord.
Fotokopieën die worden gemaakt door het secretariaat van een onderwijs- of onderzoeksinstelling, voor administratieve doeleinden, vallen niet onder deze uitzonderingen, maar eventueel wel onder de uitzondering voor reprografie.
Tot slot moeten de onderwijs- en onderzoeksinstellingen een vergoeding betalen voor deze uitzondering.
Bloemlezing
Deze uitzondering heeft enkel betrekking op literaire werken van overleden auteurs. Wie zich beroept op deze uitzondering, moet een vergoeding betalen aan de erfgenamen of andere rechthebbenden van de betrokken auteur.
Algemene uitzonderingen
Naast de specifieke uitzonderingen voor het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek mag een leerkracht of onderzoeker zich uiteraard ook op andere in de wet voorziene algemene uitzonderingen beroepen, zolang hij maar voldoet aan de voorwaarden van die algemene uitzondering. Zo kan een onderzoeker zich beroepen op de uitzondering voor parodie, die algemeen is en niet specifiek voor het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek.