Table of Contents
De sociaaltariefpremie voor collectieve installaties is een premie die wordt toegekend aan personen die in een appartementsgebouw of in een wijk zonder individuele energieaansluiting wonen.
Die personen moeten daarnaast tot een bepaalde categorie van begunstigden behoren. De categorieën die recht geven op de sociaaltariefpremie zijn dezelfde als die voor het sociaal tarief, met uitzondering van categorie 4.
Welke categorieën geven recht op de sociaaltariefpremie?
Begunstigden zijn personen of gezinnen die tot een van de volgende categorieën behoren:
Categorie 1: u of een persoon die bij u gedomicilieerd is ontvangt een van de volgende tegemoetkomingen van het Openbaar Centrum van Maatschappelijk Welzijn (OCMW):
- een leefloon
- een financiële maatschappelijke dienstverlening gelijkwaardig aan het leefloon
- een maatschappelijke steun van het OCMW die geheel of gedeeltelijk terugbetaald wordt door de federale staat
- een voorschot op een inkomensgarantie voor ouderen (IGO) of een tegemoetkoming voor gehandicapten
Categorie 2A: u of een persoon die bij u gedomicilieerd is ontvangt een van de volgende tegemoetkomingen van de FOD Sociale Zekerheid Directie Personen met een Handicap (FOD SZ DGPH):
- een tegemoetkoming als persoon met een handicap op basis van een blijvende arbeidsongeschiktheid van 65 %
- een inkomensvervangende tegemoetkoming
- een integratietegemoetkoming
- een tegemoetkoming voor hulp van derden
Categorie 2B (gewestelijk): u of een persoon die bij u gedomicilieerd is ontvangt de volgende tegemoetkoming:
- in het Vlaamse Gewest, via de Zorgkas waarbij de rechthebbende aangesloten is, een zorgbudget voor ouderen met een zorgnood (vroeger: een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden)
- in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, via Iriscare, een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden
- in de Duitstalige Gemeenschap, via het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden
- in het Waalse Gewest, via de Organismes Assurances Wallons een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden
Categorie 2C (gewestelijk): u of een persoon die bij u gedomicilieerd is ontvangt volgende tegemoetkoming:
- in Vlaanderen, via Opgroeien, team Zorgtoeslagevaluatie, een zorgtoeslag voor kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte met een minimale score van 4 punten in pijler 1 van de medisch-sociale schaal (vroeger: verhoogde kinderbijslag)
- in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, een bijkomende kinderbijslag voor kinderen getroffen door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid met een minimale score van 4 punten in pijler 1 van de medisch-sociale schaal (erkenning via Iriscare, betaling via de kinderbijslaginstelling)
- in de Duitstalige Gemeenschap, een bijkomende kinderbijslag voor kinderen getroffen door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid met een minimale score van 4 punten in pijler 1 van de medisch-sociale schaal (erkenning via Dienststelle für Selbstbestimmtes Leben, betaling via het kinderbijslagfonds)
- in het Waalse Gewest, een bijkomende kinderbijslag voor kinderen getroffen door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid met een minimale score van 4 punten in pijler 1 van de medisch-sociale schaal (erkenning via AVIQ, betaling via het kinderbijslagfonds)
Categorie 3: u (of een persoon die bij u gedomicilieerd is) ontvangt een van de volgende tegemoetkomingen van de Federale Pensioendienst (FPD):
- een inkomensgarantie voor ouderen (IGO);
- een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden;
- een tegemoetkoming als persoon met een handicap op basis van een blijvende arbeidsongeschiktheid van 65 % (een aanvullende tegemoetkoming of een tegemoetkoming ter aanvulling van het gewaarborgd inkomen);
- een tegemoetkoming voor hulp van derden.
Wat zijn “zones zonder individuele aansluitingen?”
Zones zonder individuele aansluitingen zijn percelen met wooneenheden waar er geen individuele aansluiting van de wooneenheden op een energiedistributienetwerk is. Meestal zijn dat recreatiegebieden die door de regionale autoriteiten erkend zijn als gebieden waar mensen permanent kunnen wonen (bv. een verblijf het hele jaar door op een camping).
Ze worden op verschillende manieren aangeduid, afhankelijk van het Gewest:
- In het Vlaamse Gewest worden ze aangeduid als “woongebied” of waarvoor een tijdelijk of bijkomend recht van permanente bewoning op persoonlijke titel wordt toegekend overeenkomstig titel V, hoofdstuk IV “Aanpak permanente bewoning weekendverblijven” van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
- In het Waalse Gewest zijn ze aangewezen als “habitat vert” overeenkomstig artikel D.II.25bis van de Landinrichtingscode
- In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, zijn ze onderworpen aan een gelijkaardige reglementering zoals bedoeld onder a) en b)
Personen die in die gebieden wonen en tot één van de categorieën behoren, hebben recht op de sociaaltariefpremie als ze de energiekosten betalen zoals gefactureerd door de beheerder van het collectieve aansluitpunt.
In welke gevallen hebt u geen recht op de sociaaltariefpremie voor collectieve installaties?
In de volgende gevallen hebt u geen recht op de sociaaltariefpremie:
- U krijgt het sociaal tarief energie al
- omdat u in een sociaal appartement huurt (enkel voor gas of warmte) of
- omdat u al een individueel contract hebt afgesloten met een energieleverancier.
- U woont in een verzorgingstehuis of een andere vorm van collectieve accommodatie waar een all-in vergoeding (dagprijs of forfait) geldt en energie inbegrepen is.
Voorbeeld 1: de familie Dupont woont in een appartementsgebouw, één persoon in het huishouden behoort tot categorie 2. De verwarming op aardgas wordt voorzien door een collectieve installatie. De beheerder van het gebouw sluit een energiecontract af voor het hele gebouw en factureert het verbruik aan de gezinnen. De familie Dupont heeft recht op de sociaaltariefpremie.
Voorbeeld 2: mevrouw Jansens woont in een verzorgingstehuis en betaalt een all-in vergoeding (voeding, andere verzorging, energie, …) per maand. Ze behoort tot categorie 3. Mevrouw Jansens heeft geen recht op de sociaaltariefpremie omdat de energiekost vervat zit in de maandelijkse vergoeding en niet direct gefactureerd wordt.
Daarnaast geldt de sociaaltariefpremie niet voor:
- tweede verblijfplaatsen
- energiekosten voor gemeenschappelijke ruimten en technische lokalen van wooncomplexen of ruimten zonder individuele aansluiting
- tijdelijke aansluitingen
- occasionele klanten