De aanleg en de exploitatie van een installatie voor het vervoer van gasachtige producten vereist een federale vergunning. Er kunnen twee types vergunning worden onderscheiden: de vervoersvergunning en de verklaring van openbaar nut.

Vervoersvergunning

De vervoersvergunning voor het aanleggen en exploiteren van installaties voor het vervoer van gasachtige producten wordt verleend door de minister van Energie.

Om een vervoersvergunning te bekomen, dient de aanvrager een aanvraagdossier in bij de Algemene Directie Energie. De vergunningsaanvraag moet overeenkomstig zijn met de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 mei 2002. Indien de aanvrager voor de eerste keer een vergunningsaanvraag indient, moet hij ook zijn technische en financiële bekwaamheid aantonen.

Na volledigheid van de vergunningsaanvraag organiseert de Algemene Directie Energie een consultatie van 60 dagen. Tijdens de consultatie worden alle betrokken instanties geraadpleegd. Het gaat zowel om gewestelijke en gemeentelijke overheden als de beheerders van netwerkinfrastructuur (internet, water, elektriciteit (spoor)wegen…).

De vervoersvergunning wordt toegekend voor een periode van maximaal vijftig jaar. De duur kan worden verminderd, afhankelijk van de aard van het te vervoeren product en de bijbehorende specifieke gevaren. Na vijftig jaar kan de vervoersvergunning worden verlengd. Een verlenging wordt verleend voor een duur van maximaal dertig jaar. Indien de vergunninghouder geen verlenging aanvraagt, komt de vervoersvergunning te vervallen en is de vergunninghouder verplicht om alle nodige maatregelen te nemen die nodig zijn om mens en milieu te beschermen.

Verklaring van openbaar nut

Wanneer het niet mogelijk is om de nodige installaties enkel op het openbare domein aan te leggen, kan er ook gebruik worden gemaakt van privéterrein. In dit geval is een verklaring van openbaar nut vereist.

Een verklaring van openbaar nut maakt het mogelijk om pijpleidingen over onbebouwde privégrond te laten lopen. De zones waarover de leidingen op privépercelen lopen, worden dan als erfdienstbaarheden behandeld.

Om een verklaring van openbaar nut te bekomen, dient de aanvrager een vergunningsaanvraag in bij de Algemene Directie Energie. De vergunningsaanvraag moet overeenkomstig zijn met de bepalingen van het koninklijk besluit van 11 maart 1966.

Na volledigheid van de vergunningsaanvraag worden alle privéeigenaars en -gebruikers van de privéterreinen geconsulteerd. Dat gebeurt via de betrokken gemeentes. Dit openbaar onderzoek loopt 30 dagen. Eventuele bezwaren of opmerkingen waartoe de aanvraag aanleiding geeft, worden door de betrokken gemeentes verzameld en aan de Algemene Directie Energie bezorgd. Na analyse van de eventuele klachten of opmerkingen wordt de verklaring van openbaar nut via een koninklijk besluit verleend. Dat besluit vermeldt alle percelen waarop de pijpleiding mag worden aangelegd. De privéeigenaar heeft de mogelijkheid om het bezette deel van zijn perceel te verkopen aan de vergunninghouder. Dat moet gebeuren binnen de twee jaar vanaf de kennisgeving van de toekenning van de vergunning.

Contact

Raadpleeg de Algemene Directie Energie voor meer informatie over de vergunningen.

Algemene Directie Energie – Dienst Vergunningen
Koning Albert II-laan 16
1000 Brussel
E-mail: pipelines@economie.fgov.be

Laatst bijgewerkt
18 februari 2025