analyse

Prijzen - Analyse van de prijzen: 2018 INR kwartaalverslag 3

Uitgever
Instituut voor de nationale rekeningen
Auteur(s)

Instituut voor de nationale rekeningen

Publicatiedatum

Table of Contents

    In dit verslag wordt het verloop van de consumptieprijzen in België in het derde kwartaal 2018 onderzocht. Zoals bepaald in de wet van 8 maart 2009 werd deze taak van prijsobservatie en prijsanalyse toevertrouwd aan de FOD Economie voor rekening van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR).

    Er wordt aandacht besteed aan de totale inflatie en aan het prijsstijgingstempo van de vijf grote productgroepen:

    • energiedragers,
    • bewerkte levensmiddelen,
    • niet-bewerkte levensmiddelen,
    • diensten en ten slotte
    • industriële, niet-energetische goederen.


    In het derde kwartaal 2018, nam de totale inflatie in België toe, gemeten aan de hand van het GICP, tot gemiddeld 2,7 % (ten opzichte van 2,2 % in het tweede kwartaal 2018). Deze toename van de totale inflatie is hoofdzakelijk te wijten aan de stijging van de inflatie van energieproducten en, in veel mindere mate, van niet-bewerkte levensmiddelen en van niet-energetische industriële goederen. Aangezien de inflatie van de diensten stabiel bleef en de lichte stijging van de inflatie van niet-energetische industriële goederen werd gecompenseerd door de daling van de inflatie van bewerkte levensmiddelen, bleef de onderliggende inflatie in het derde kwartaal 2018 stabiel in vergelijking met het tweede kwartaal (1,6 %).

    De totale inflatie in de voornaamste buurlanden (Duitsland, Frankrijk en Nederland) is versneld in het derde kwartaal 2018 en bedroeg 2,2 %, maar blijft dus lager dan die van België. Dit inflatieverschil is hoofdzakelijk te wijten aan een hogere inflatie van energie, bewerkte levensmiddelen en niet-energetische industriële goederen. De onderliggende inflatie is gemiddeld licht gedaald in de buurlanden (1,3 %).

    Laatst bijgewerkt
    29 oktober 2018