Dienst voor de Intellectuele Eigendom - Jaarverslag 2014
2014 was een jaar vol grote veranderingen voor de intellectuele eigendom in België, en dit zowel op juridisch vlak als op het gebied van informatica en organisatie.
Op juridisch vlak werd de volledige wetgeving over de intellectuele eigendom in een wetboek opgenomen: het Wetboek van economisch recht. Een tiental wetgevingen over het octrooirecht, de aanvullende beschermingscertificaten, het kwekersrecht, het auteursrecht en de naburige rechten, het recht van de producenten van databanken, de topografieën van halfgeleiderproducten, maar ook regelgevende teksten over burgerrechtelijke, administratieve, gerechtelijke en strafrechtelijke aspecten van inbreuken op de intellectuele eigendomsrechten werden via een wet van 19 april 2014 in het Wetboek van economisch recht geïntegreerd. Die codificatie-oefening vergemakkelijkt ongetwijfeld de toegang van ondernemingen en consumenten tot de intellectuele-eigendomwetgeving.
Qua informatica en organisatie was 2014 het jaar waarin een modern informaticasysteem werd geïmplementeerd voor het beheer van alle octrooigebonden processen. Dat nieuwe informaticasysteem werd gezamenlijk door de drie landen van de Beneluxorganisatie voor de Intellectuele Eigendom ontwikkeld, en wordt het “Benelux Patent Platform” genoemd. Ondernemingen en octrooigemachtigden kunnen voortaan hun aanvragen online indienen, zodat een papierloos beheer van de administratieve procedures voor uitvindingsoctrooien mogelijk wordt. De implementering ervan op 22 september 2014 valt samen met de inwerkingtreding van de wettelijke bepalingen op de uitvindingsoctrooien, die in het Wetboek van economisch recht vervat zijn. Deze bepalingen bieden de ondernemingen meer gebruiksvriendelijke administratieve procedures, die beantwoorden aan de meest recente internationale standaarden.
Deze omvangrijke wijzigingen van het juridisch-, informatica- en organisationele kader van de intellectuele eigendom zijn bedoeld om in België een moderne en attractieve omgeving te creëren voor de scheppers, innoverende bedrijven, in het bijzonder kmo’s, onderwijsinstellingen, wetenschappelijke onderzoeksinstellingen en consumenten.