Table of Contents

    Sinds 1 oktober 1981 bevat het Algemeen Reglement op de Elektrische installaties de veiligheidsmaatregelen die van toepassing zijn op:

    • Elke nieuwe elektrische installatie.
    • De wijzigingen of uitbreidingen die aangebracht worden aan of op een elektrische installatie.
    • De verplichtingen bij de verkoop van of voor de verzwaring van de teller van een woning met een elektrische installatie daterend van vóór 1 oktober 1981

    Elektrische installaties zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven, gezien het gebruik van elektrisch materieel op alle vlakken, zowel in huishoudelijke situaties als professioneel. Dit houdt in dat iedereen een ongeval van elektrische oorsprong kan overkomen.

    Het Algemeen Reglement op de Elektrische installaties heeft als doel de bescherming tegen het elektrische risico om de veiligheid van goederen en mensen te garanderen.

    Welke risico’s zijn verbonden aan een elektrische installatie?

    • Rechtstreekse aanraking van onbeschermde actieve delen onder spanning.
    • Onrechtstreekse aanraking van toevallig onder spanning staande massa’s.
    • Kortsluiting.
    • Vlamboog…

    Wat zijn de gevolgen van deze elektrische risico’s?

    • Elektrisering.
    • Elektrocutie.
    • Brand.
    • Ontploffing...

    Hoe kunnen deze elektrische risico’s worden vermeden?

    • Elektrische installaties conform uitvoeren.
    • Elektrische installaties conform en veilig gebruiken.
    • Interventies op of in de nabijheid van elektrische installaties veilig uitvoeren.

    In het geval er zich toch een ongeval (rechtstreeks of onrechtstreeks veroorzaakt door de aanwezigheid van een elektrische installatie) voordoet waarbij mensen betrokken zijn, moet dit via het formulier op deze website meegedeeld worden aan de Algemene Directie Energie van de FOD Economie. Dit kan via onderstaande link.

    Notificatie elektrisch ongeval

    Indien het ongeval een elektrische installatie van een werkgever betreft, moet dit ook meegedeeld worden aan de FOD Werkgelegenheid Arbeid en Sociaal Overleg.

    Enkele cijfers

    Hieronder zijn enkele kerngegevens terug te vinden over de ongevallen waarbij mensen betrokken zijn die rechtstreeks of onrechtstreeks door de aanwezigheid van elektrische installaties werden veroorzaakt. Deze gegevens zijn gebaseerd op de meldingen die sinds 2016 worden overgemaakt aan de Algemene Directie Energie van de FOD Economie.

    Jaarlijks aantal meldingen

    Jaarlijks aantal meldingen van de ongevallen met de verschillende types van elektrische installaties zoals:

    • Huishoudelijke installaties (bv. elektrische installatie van een huis);
    • Niet-huishoudelijke installaties op laagspanning (bv. elektrische installatie van een onderneming);
    • Installaties op hoogspanning (bv. elektrische installatie van een hoogspanningscabine).

    Algemene indicator van de aard van de elektrische installaties

    • Laagspanningsinstallatie: spanning tot 1000 V bij wisselstroom en 1500 V bij gelijkstroom.
    • Hoogspanningsinstallatie: spanning boven 1000 V bij wisselstroom en 1500V bij gelijkstroom.

    Algemene indicator van het type interventie

    • Elektrische interventie: interventie op een elektrische installatie (onder spanning, buiten spanning).
    • Niet-elektrische interventie: interventie in de nabijheid van een elektrische installatie onder spanning.

    Algemene indicator van incidenten

    • Rechtstreeks: aanraking door personen van onbeschermde actieve delen onder spanning (bv: een onbeschermde geleider onder spanning aanraken). 
    • Onrechtstreeks: aanraking door personen van toevallig onder spanning staande massa’s (bv.: het door een isolatiefout onder spanning staande metalen onderdeel van het elektrisch materieel aanraken).
    • Vlamboog: lichtgevende elektrische ontlading na een kortsluiting met gevolgen voor de mens.
    • Kortsluiting: contact tussen ten minste twee delen met verschillende potentialen zonder gevolgen voor de mens.
    • Ander: ander incident, bijvoorbeeld elektrostatische ontlading of niet bepaald.

    Een ongeval kan door een of meerdere factoren worden veroorzaakt, met lichte of ernstige gevolgen voor de elektrische installatie en voor mensen.

    Algemene indicator van oorzaken

    • Instructies: de interventie op of in de nabijheid van de elektrische installatie was niet vooraf voorbereid of werd zonder (duidelijke) veiligheidsinstructies uitgevoerd.  
    • BA4/BA5: de interventie op de elektrische installatie werd niet uitgevoerd door iemand die over voldoende kennis van het elektrische risico (gebruik, uitbating, werkzaamheden) beschikte.
    • Foute informatie: afwezigheid van documenten van de elektrische installatie (stroombaanschema’s, plan van ondergrondse leidingen, …), markering en aanwijzingen (stroombanen, ondergrondse leidingen…)
    • Uitvoeren van werkzaamheden onder spanning: de elektrische installatie of het betrokken deel van de elektrische installatie werd niet buiten spanning gesteld.
    • Defecte installatie: de elektrische installatie bevatte één of meerdere niet-conformiteiten waardoor er een potentieel gevaarlijke situatie ontstond

    Algemene indicator van gevolgen

    Ongevallen met elektrische installaties kunnen zowel materiële als lichamelijke schade veroorzaken.

    Laatst bijgewerkt
    10 juni 2024