Internet richt zich vandaag de dag niet meer tot opzoekingen en wetenschappers alleen, maar vormt in onze moderne maatschappij een fundamenteel communicatiemiddel dat door bijna 2 miljard mensen in de hele wereld gebruikt wordt. Om die reden wordt het als een kritische wereldhulpbron beschouwd.

Niettemin houdt het internet, deze onwaarschijnlijke vector voor kennis en uitwisseling, eveneens talrijke risico’s in, onder meer inzake bescherming van de persoonlijke levenssfeer, consumentenbescherming en bescherming van minderjarigen.

Daarom was het van belang dat de overheid middelen inzette voor een zeker internetbeheer. Rekening houdend met de bijzondere aard van internet spraken de Staten zich uit voor de verwezenlijking van een wereldforum dat zowel de publieke stakeholders als de privésector en het maatschappelijke middenveld zou omvatte.

De Tunis-agenda die in 2005 op de Wereldtop over de informatiemaatschappij (WSIS) aangenomen werd, bepaalt in die mate de oprichting van een internetbeheersforum, het Internet Governance Forum (IGF). Het mandaat van het IGF dat aanvankelijk 5 jaar duurde, werd in 2010 door de Verenigde Naties verlengd (onder Belgisch Voorzitterschap). 

Er moet voortaan rekening gehouden met twee aanstaande belangen van het IGF en het raadplegingsproces dat ermee gepaard gaat: enerzijds moet voldaan worden aan de verwachtingen van sommige Staten, onder meer in termen van deelname door de ontwikkelingslanden en van de zichtbaarheid van het IGF, anderzijds moet de Europese Unie in het centrum van deze debatten geplaatst worden.

België neemt actief deel aan de werkzaamheden van de door de Commissie opgerichte Werkgroep over Internetbeheer (HLIG) evenals aan de werkzaamheden en aan evenementen van het IGF.

Laatst bijgewerkt
15 januari 2018