Table of Contents

    Afnemende aantrekkelijkheid in 2023, maar betere toekomstperspectieven    

    De aantrekkelijkheid van een land is de mate waarin een land investeringen en een basis voor de ontwikkeling van concurrentievoordelen kan aantrekken. Ze hangt samen met de kwaliteit van het zakenklimaat, de voor- en nadelen van een land. Hoe aantrekkelijker een land, hoe meer het productieapparaat zal bestaan uit performante en concurrerende ondernemingen. Hoe concurrerender een land, hoe meer het performante ondernemingen zal aantrekken en dus hoe meer het zijn aantrekkelijkheid zal vergroten.

    De aantrekkelijkheid van België volgens EY Attractiveness Survey 2023

    De evolutie van de buitenlandse directe investeringen (BDI) in een land helpt ook de aantrekkelijkheid van het land te beoordelen. Buitenlandse directe investeringen zijn investeringen door buitenlandse ondernemingen in nationale ondernemingen waarbij de investeerder ten minste 10 % stemrecht krijgt. Volgens de laatste studie van Ernst & Young (EY Attractiveness Survey 2023) komt België op de 9e plaats van meest aantrekkelijke landen van Europa in 2022 op het vlak van BDI, na een 6e plaats in 2021 en een 5e in 2020. Die daling in de rangschikking begon tijdens de coronacrisis, is nog niet omgebogen, ondanks het sterke economische herstel elders in België. In de afgelopen twee jaar hebben vier landen (Turkije, Portugal, Italië en Polen) België ingehaald, met een stijging van het aantal DBI-projecten van bijna 20 %. De goede prestaties van deze landen in Zuid- en Oost-Europa kunnen worden verklaard door de herschikking van de wereldwijde toeleveringsketens in combinatie met een verbetering van hun kostenconcurrentievermogen.

    Met 234 directe buitenlandse investeringsprojecten in 2022 (4 % minder dan in 2021) en 8.071 gecreëerde banen (16 % meer dan in 2021) staat België gerangschikt achter Frankrijk, het aantrekkelijkste land volgens EY (1e met 1.259 projecten, +3 %), en Duitsland (3e met 832 projecten, -1 %). Anderzijds behoort Nederland, dat in 2021 op de 11e plaats stond met 151 DBI-projecten, in 2022 nog steeds niet tot de Europese top 10. Op Europees niveau, als we alle landen samennemen (inclusief niet-EU-landen), is het aantal DBI-projecten gestegen (+1 %), maar het aantal gecreëerde banen gedaald (-16 %).

    In 2022 waren de meeste – voornamelijk nieuwe - Belgische DBI-projecten te vinden in Vlaanderen, net als de meeste gecreëerde banen.

    De Belgische DBI-projecten waren in 2022 voornamelijk geconcentreerd in vijf sectoren:

    • transport en logistiek (40 projecten);
    • zakelijke dienstverlening (36 projecten);
    • software- en IT-diensten (25 projecten);
    • chemie, kunststof en rubber (21 projecten);
    • transportmaterieel (16 projecten).

    In de farmaceutische industrie daalde het aantal projecten voor het tweede opeenvolgende jaar, meer bepaald naar 15 in 2022. Daarentegen zijn er meer projecten in de elektronicasector dan in voorgaande jaren (13 projecten).

    De sectoren die het grootste aantal banen creëerden volgens EY waren:

    • transport en logistiek (2.009 banen, soit 50 banen/project);
    • zakelijke dienstverlening (1.343 banen, soit 37 banen/project);
    • transportmaterieel (865, soit 35 banen/project).

    Hoewel het aantal DBI-projecten in 2021 en 2022 is gedaald, gelooft 58% van de door EY ondervraagde investeerders dat de aantrekkelijkheid van België in de nabije toekomst zal verbeteren. Bovendien verklaarde 61 % van de ondervraagde investeerders dat hun bedrijf van plan is om zich in 2023 in België te vestigen of uit te breiden, tegenover 52,9 % het jaar voordien. De sectoren die worden beïnvloed door die investeringsplannen, zijn voornamelijk zakelijke dienstverlening en logistiek. Maar de investeringsplannen voor 2023 werden bedreigd door aanhoudende spanningen in de toeleveringsketens, hogere rentetarieven door een hollende inflatie en ook, onder meer, door stijgende energiekosten.

    De aantrekkelijkheid van België volgens de Global Attractiveness Index 2023

    De Global Attractiveness Index (GAI), samengesteld door Ambrosetti's European House, is gevalideerd door de Europese Commissie. In 2023 bestrijkt de index 146 landen. België staat op de 20e plaats van de meest aantrekkelijke landen in 2023, wat een mooie prestatie is voor een klein land en een verbetering ten opzichte van 2022 (21e). Het ligt echter nog steeds achter op zijn drie buurlanden, met Duitsland op de 1e plaats, Frankrijk op de 9e plaats en Nederland op de 13e plaats. België is dus een van de landen met een 'goede aantrekkelijkheid', zoals Frankrijk en Nederland, terwijl Duitsland een van de landen is met een 'hoge aantrekkelijkheid'.

    De GAI is gebaseerd op vier thematische indexen. De eerste index, die betrekking heeft op dynamiek, wordt berekend op basis van trends in de basisindicatoren van de GAI. Voor België toont deze index een duidelijke zwakte over de afgelopen jaren, terwijl Nederland en Duitsland weinig dynamiek vertoonden. Frankrijk daarentegen liet een gemiddelde dynamiek zien. Op het gebied van duurzaamheid en toekomstgerichtheid scoorden onze drie buurlanden "hoog", terwijl België ook een hoge duurzaamheid had maar een gemiddelde toekomstgerichtheid. Tot slot liepen België en Frankrijk (hoge score) minder risico op blootstelling aan conflicten dan Nederland (gemiddelde score) en vooral Duitsland (lage score).

    Bedrijfsklimaat

    Het bedrijfsklimaat is bepalend voor het concurrentievermogen en voor de aantrekkelijkheid van een land. België kent een contrasterend beeld tussen goede economische prestaties en structurele zwaktes die reeds lang bekend zijn.

    IMD World Competitiveness Index

    Het International Institute for Managment Development (IMD) stelt jaarlijks een World Competititiveness index op. Terwijl België in 2022 op de 21e plaats eindigde van de 63, nam ons land een sprong vooruit om de 13e plaats op 64 te halen in 2023. Die laatste rangschikking wordt aangevoerd door Denemarken, gevolgd door Ierland en Zwitserland. Onder onze buren veroverde Nederland de 5e plaats (6e in 2022), Duitsland de 22e plaats (15e in 2022) en Frankrijk de 33e plaats (28e in 2022).

    De IMD-indicator is onderverdeeld in vier prestatiecategorieën:

    • De economische prestatie beoordeelt de macro-economische situatie van de economie,
    • De overheidsefficiëntie geeft aan in welke mate de regeringsmaatregelen het concurrentievermogen bevorderen,
    • De efficiëntie in het zakendoen kijkt naar het aspect innovatie, winstgevendheid en verantwoordelijkheid in de prestatie van de ondernemingen,
    • De infrastructuur evalueert de overeenstemming tussen de behoeften van de ondernemingen en de beschikbare basismiddelen, wetenschappelijke infrastructuur en mensen.

    België bleef zijn economische prestaties versterken in 2023 en bereikte de 13e plaats in vergelijking met de 14e plaats het jaar voordien. De efficiëntie van de overheid is aanzienlijk verbeterd: ons land staat nu op de 22e plaats in 2023, na de 33e plaats in 2022. Aan de bedrijfskant is er een zeer aanzienlijke verbetering: ons land stijgt naar de 5e plaats (19e in 2022) op het vlak van bedrijfsefficiëntie, ruim vóór Frankrijk en Duitsland. Wat infrastructuur betreft, komt België bij de top 10 op de 10e plaats, tegenover de 20e plaats in 2022.

    De beste prestaties doorheen alle categorieën haalde ons land op de volgende vlakken:

    • managementmethoden (2e, bedrijfsefficiëntie),
    • onderwijs (3e, infrastructuur),
    • productiviteit en efficiëntie (5e, bedrijfsefficiëntie).

    Andere onderdelen vinden we in een top 10:

    • internationale handel (7e),
    • internationale investeringen (7e),
    • financiën (7e),
    • institutioneel kader (8e),
    • maatschappelijk kader (8e),
    • bedrijfswetgeving (10e).

    De zwakke punten van België in 2023 waren de volgende:

    • fiscaal beleid (59e, overheidsefficiëntie);
    • prijzen (42e, economische prestaties);
    • tewerkstelling (39e, economische prestaties).

    Toegang tot financiering is niet de grootste zorg van de Belgische bedrijven

    De toegang van bedrijven tot financiering, intern of extern, stimuleert groei en investeringen. Bovendien vergroot toegankelijke financiering de veerkracht door de impact van schokken op de financiële gezondheid van bedrijven te verminderen, waardoor het mogelijk wordt om crises zoals de coronacrisis of de energiecrisis te doorstaan.

    De laatste enquête van de Europese Centrale Bank (ECB) over de toegang tot financiering van november 2023 (Survey on the Access to Finance of enterprises in the euro area, SAFE) wijst op een stijging van de omzet in 2023 en grotere kosten die op de winstgevendheid wogen. De bedrijven van de eurozone anticiperen niet op een verdere groei van de verkoopprijzen en de kosten in 2024. Hun grootste zorgen gaan naar de beschikbaarheid van arbeidskrachten en de inputkosten, veeleer dan naar de toegang tot financiering.

    Die moeilijkheden ondervonden Belgische bedrijven ook in de zes maanden voorafgaand aan de enquête. Net als in de eurozone waren de belangrijkste moeilijkheden de beschikbaarheid van geschoolde arbeidskrachten en de hoge productiekosten. Toegang tot financiering was pas de laatste prioriteit voor Belgische bedrijven.

    Belgische bedrijven gebruiken verschillende methoden om financiering te verkrijgen, zoals bankleningen (56 % van hen), kredietlijnen (44 %) en leasing (40 %). Bijna de helft van de Belgische bedrijven had de afgelopen zes maanden echter geen banklening of kredietlijn aangevraagd, omdat ze geen verdere financiering nodig hadden. Zeven op tien Belgische bedrijven die een banklening of kredietlijn aanvroegen, kregen het volledige gevraagde bedrag. Voor dit laatste type financiering kregen onze bedrijven gemakkelijker wat ze wilden dan die in de buurlanden.

    De gepercipieerde bereidheid van banken om krediet te verlenen is volgens Belgische bedrijven grotendeels gestagneerd. Ze percipieerden echter eerder een verslechtering dan een verbetering van deze bereidheid. De situatie lijkt echter gunstiger in België dan in Frankrijk, Duitsland of Nederland. Over het algemeen vinden Belgische bedrijven dat de beschikbaarheid van verschillende financieringsbronnen de afgelopen zes maanden is gestagneerd of verslechterd, zij het minder dan in de buurlanden.

    Om hun groeiambities waar te maken, zouden Belgische bedrijven vooral een beroep doen op bankleningen (61 %), tegenover slechts 6 % die in aandelen zou investeren (6 %). Deze laatste externe financieringsoplossing wordt genoemd door evenveel bedrijven in Duitsland (6 %) en meer in Nederland (8 %).

    Een van de beste governance ter wereld  De Wereldbank publiceert wereldwijde bestuursindicatoren (worldwide governance indicators), met de meest recente gegevens uit 2022. Zes synthetische indicatoren zijn gebaseerd op talrijke bronnen, waaronder de Economist Intelligence Unit, Reporters sans Frontières en het bovengenoemde IMD. De waarde van elke indicator is gebaseerd op een governance score en de positie van die score in percentielen. Het resultaat is een score op 100.

    • Voice and accountability: België wordt gezien als een van de landen waar inspraak en verantwoordelijkheid wereldwijd het sterkst ontwikkeld zijn, met een score van 92,75. Het komt daarmee voor Frankrijk (85,99), maar achter Duitsland (94,69) en Nederland (97,58).
    • Political stability and absence of violence/terrorism: Ons land kende in het verleden terreuraanslagen,wat onze governance score op het vlak van politieke stabiliteit en afwezigheid van geweld en terreur naar beneden haalt. We halen een score van 65,57, dat is meer dan Frankrijk (56,13), maar minder dan Duitsland (67,45) en vooral Nederland (71,23).
    • Government effectiveness: Dit thema komt telkens terug in de zwakke punten van België. Ons land behaalt echter wereldwijd een van de beste scores (84,91), voor Frankrijk (83,02), dat ook vaak gewezen wordt op een gebrek aan overheidsefficiëntie. België eindigt niettemin achter Duitsland (88,21) en Nederland (95,28), die op dit vlak als goede leerlingen gelden.
    • Regulatory quality: Opnieuw is ons land een betere regelgever (86,79) dan Frankrijk (85,38) maar het ligt vrij ver achter op Duitsland (92,45) en Nederland (96,70).
    • Rule of law: België wordt als een van de meest democratische landen beschouwd, met een score van 88,21, voor Frankrijk (85,38), maar achter Duitsland (91,98) en Nederland (93,40).
    • Control of corruption: België en zijn buren worden als goede leerlingen gezien op het vlak van corruptie. Hier geldt dezelfde rangschikking als in de andere landen: Frankrijk (85,38), België (89,62), Duitsland (95,75) en Nederland (96,70).
    Laatst bijgewerkt
    9 april 2024