De problematiek van de standaardvoorwaarden is goed gekend in de ondernemingswereld: met als doel voorafgaandelijk mogelijke problemen met commerciële partners te regelen, stellen ondernemingen contractvoorwaarden op.

Die contractvoorwaarden zijn eveneens een middel om risico’s te beheren. Dergelijke voorwaarden die worden opgelegd door ondernemingen mogen echter niet de minimale rechten van hun medecontracten negeren.

Om deze reden is een regelgeving inzake onrechtmatige bedingen ingevoerd voor de relaties tussen ondernemingen.

Wat is een onrechtmatig beding?

Wanneer u een contract tekent, accepteert u alle voorwaarden ervan. Dat betekent dat u akkoord gaat met alle voorwaarden van het contract, zelfs als ze in "kleine lettertjes" zijn geschreven. Die "kleine lettertjes" bevatten echter soms verrassingen waarmee u niet akkoord zou zijn gegaan als u correct geïnformeerd was geweest. Die clausules worden vaak door de andere partij opgesteld, en zijn dus in zijn of haar belang.

Als u niet voorzichtig bent, kunnen die clausules uw contractuele rechten in het gedrang brengen.

Dergelijke clausules zijn al wettelijk verboden in contracten tussen beroepsbeoefenaren en consumenten. Ook bedrijven kunnen met dit soort situaties geconfronteerd worden.

 

Bescherming van ondernemingen tegen onrechtmatige bedingen

Op 1 december 2020 jongstleden is het luik “onrechtmatige bedingen” van de ‘b2b’-wet van 4 april 2019 in werking getreden.

Voortaan kunnen ondernemingen dus opkomen tegen contractvoorwaarden die kennelijk in hun nadeel uitvallen en een afbreuk vormen op minimale contractuele rechten.

 Bijvoorbeeld:

  • bedingen waar een onderneming zijn aansprakelijkheid zelfs bij zware fout uitsluit,
  • bedingen waarbij de toetredende onderneming voor een onredelijk lange duur verbonden wordt,
  • enz.

Buiten de verplichting tot duidelijke en begrijpelijke contractvoorwaarden, bestaat de bescherming uit

  • een zwarte lijst met vier in elk geval verboden clausules en
  • een grijze lijst met acht soorten clausules die vermoed worden onrechtmatig te zijn tenzij de onderneming aantoont dat ze in de gegeven omstandigheden wel redelijk zijn.

In ieder geval verboden bedingen zijn  bijvoorbeeld bedingen die het beroep op de rechter beperken, of bedingen die de kennisname en aanvaarding van de voorwaarden onweerlegbaar vaststellen. Bedingen die vermoed worden onrechtmatig te zijn, zijn bijvoorbeeld bedingen die de onderneming zonder geldige reden de prijs te wijzigen, bedingen van stilzwijgende verlenging van onredelijke duur, bedingen die het economische risico al te zeer op de tegenpartij leggen, enz.

Een algemene norm ten slotte beschouwt als onrechtmatig elk beding dat, alleen of in samenhang met een of meer andere bedingen, een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en plichten van de partijen, onrechtmatig.

Wat kunt u doen als u het gevoel hebt dat u het slachtoffer bent van een agressieve praktijk van een ander bedrijf?

Als u het gevoel hebt dat u het slachtoffer bent geworden van een agressieve praktijk, hebt u verschillende mogelijkheden.

Minnelijke of buitengerechtelijke schikking

  • U kunt proberen een buitengerechtelijke schikking te treffen, d.w.z. door bemiddeling.
  • Neem contact op met uw sector- of(inter)professionele organisatie.
  • Informeer uw medecontractant.

Burgerrechtelijke vordering

  • De Ondernemingsrechtbank kan tussenkomen om de betwiste clausule nietig te verklaren.
  • De voorzitter van de Ondernemingsrechtbank kan worden aangesproken voor een vordering tot staking.
  • De vordering tot staking kan ook door uw sector- of (inter) professionele organisatie worden ingesteld (collectieve vordering tot staking).
  • De vordering tot collectief herstel of “class action”.

Strafrechtelijke vordering

Raadpleeg de brochure "Neen aan de wet van de sterkste!" (PDF, 202.45 KB)

Laatst bijgewerkt
1 april 2021