De wet kent aan “omroeporganisaties” rechten op hun uitzendingen toe. Radio- en televisieomroepen zijn de houders van naburige rechten op de uitzendingen zoals ze die verspreiden, ook als ze zelf niet de producenten zijn van deze uitzendingen. Deze naburige rechten dienen als bescherming van de investering, die vereist is voor het uitzenden van het radio- of televisiesignaal.

Die rechten moeten worden onderscheiden van de eventuele auteursrechten of andere naburige rechten (van de uitvoerende kunstenaars of producenten) op de inhoud van deze uitzendingen.

Op welke uitzendingen hebben de rechten van omroeporganisaties betrekking?

Het gaat over uitzendingen van klank of beeld door middel van radiogolven, die de ontvangst door het publiek als doel hebben.

Als de omroeporganisaties deze uitzendingen ook zelf produceren, kunnen ze hun naburige rechten als omroeporganisatie cumuleren met een naburig recht als producent.

Welke rechten hebben omroeporganisaties?

Vermogensrechten

De naburige rechten van omroeporganisaties hebben tot doel om de specifieke activiteiten van deze organisaties te beschermen. Die activiteiten vereisen het bijeenbrengen van middelen die noodzakelijk zijn om bepaalde inhoud tot bij de kijker of luisteraar te brengen. Die activiteiten worden beschermd via de bescherming van uitzendingen door een naburig recht. Dat recht maakt het de omroeporganisaties mogelijk om de exploitatie van hun uitzendingen te controleren en dus andere personen te verhinderen een dergelijke exploitatie te organiseren.

Alleen de omroeporganisatie heeft het recht om de doorgifte van zijn uitzendingen aan het publiek al dan niet toe te staan. Er is dus toestemming vereist van de omroeporganisatie om een opname van een uitzending te verspreiden, zelfs wanneer dit gratis gebeurt.

Het maken van reproducties van de uitzendingen is ook aan hun toestemming onderworpen (tenzij het gaat om een privékopie of een andere in de wet opgenomen uitzondering), net zoals de distributie van die reproducties. Toestemming van de omroeporganisatie is eveneens vereist voor het beschikbaar maken van de uitzendingen langs het internet of via video-on-demand.

Morele rechten

Omroeporganisaties hebben geen morele rechten, dit in tegenstelling tot auteurs en uitvoerende kunstenaars. 

Vergoedingen voor radio- en televisieomroepen

Naast de bevoegdheid om bepaalde handelingen met betrekking tot hun uitzendingen toe te staan of te verbieden, omvatten de naburige rechten ook de vergoedingen ten gunste van de omroeporganisaties. In dergelijke gevallen kunnen zij bepaalde vormen van gebruik van hun uitzendingen niet verbieden, maar hebben zij in ruil wel recht op een vergoeding (zoals gedefinieerd in de wet).

Laatst bijgewerkt
12 januari 2021