Table of Contents

    Benzine 95 bevat tot 5 % bio-ethanol, in België verkochte E10 maximaal 10 %.

    Bio-ethanol is een industriële alcohol die duurzaam geproduceerd wordt uit biomassa. In België wordt bio-ethanol gemaakt van zetmeel uit graangewassen en van suiker uit suikerbieten. Elders in de wereld wordt het ook geproduceerd uit andere plantaardige gewassen zoals suikerriet.

    Wat na de productie overblijft, gaat niet verloren maar wordt onder meer gebruikt als diervoeder.

    Nieuwe aanmaakprocessen worden ook ontwikkeld: gebruik maken van andere grondstoffen zoals afval van biomassa. 

    Benzine E10 is op zich niet revolutionair: sinds 2009 zit bio-ethanol al voor maximaal 5 % in benzine 95 en 98. Voortaan bevat E10 het dubbele.

    Het is dan ook belangrijk de compatibiliteit van uw voertuig na te gaan vooraleer u E10 gebruikt. Dat kunt u doen op  http://e10.febiac.be/nl.  9 op 10 voertuigen zijn compatibel.

    Ja.

    U wist het misschien niet, maar sinds 2009 mogen alle soorten benzine in België al tot 5% bio-ethanol bevatten, omdat dit percentage compatibel is met alle benzinemotoren.
     

    Ja.

    Aangezien niet alle voertuigen compatibel zijn met E10, moet er benzine die geschikt is voor hun motor op de markt verkrijgbaar blijven.

    E10Op pompen die benzine E10 verdelen, worden groene stickers met “Benzine E10” aangebracht, alsook het nummer van de geldende norm “NBN EN 228”.

    Afhankelijk van het tankstation worden nog andere middelen gebruikt, zoals een aanduiding op het pistool.

    Benzine E10 eerbiedigt de technische specificaties van de Europese norm NBN EN 228 en heeft dan ook een minimaal octaangetal van 95, zoals benzine 95.

    De maximumprijzen voor aardolieproducten worden elke dag op de website van de FOD Economie gepubliceerd.

    De FOD Economie berekent elke dag de maximumprijs van benzine E10 op basis van de internationale noteringen voor benzine en bio-ethanol.

    Ja, zonder probleem, op voorwaarde dat uw voertuig compatibel is met E10!

    De Belgische regering heeft met de vervanging van benzine 95 door E10 voornamelijk de bedoeling de overstap naar duurzame biobrandstoffen aan te moedigen. Deze transitie is nodig opdat ons land:

    • zijn doelstelling van 10 % hernieuwbare energie op het vlak van transport tegen 2020 kan halen;

    • zijn afhankelijkheid van fossiele energiebronnen kan afbouwen;

    • de broeikasgassen in de transportsector aanzienlijk kan helpen verminderen.

    Op die manier volgt België de richtlijnen die op Europees niveau werden beslist.

    Met bio-ethanol in benzine kan de uitstoot van broeikasgassen van onze voertuigen worden verminderd en kunnen we ons tegen 2020 conformeren aan de Europese doelstellingen op het vlak van hernieuwbare energie in het vervoer.

    Aangezien ons land deel uitmaakt van de Europese Unie, moet het de richtlijnen voor een vermindering van CO2-uitstoot en broeikasgassen van onze voertuigen naleven.

    Tegen 2020 moet elk land de doelstelling van 10 % hernieuwbare energie op het vlak van vervoer halen. De invoering van benzine E10 op de Belgische markt is een van de middelen om deze doelstelling te bereiken. Sommige buurlanden bieden al enkele jaren benzine E10 aan.

    De invoering van benzine E10 betekent geen revolutie. Alle in België verkochte benzine bevatte sinds 2009 al tot 5 % bio-ethanol. E10 bevat het dubbele (maximaal 10 %).

    Er is bijna geen verschil in prestatievermogen van uw wagen als u E10 gebruikt, hooguit een licht meerverbruik (van 1 à 2 %), dat moeilijk los te koppelen is van andere factoren die een invloed hebben op het verbruik, zoals uw rijgedrag bijvoorbeeld.

    Benzine E10 is compatibel met de motoren van 9 op 10 benzinevoertuigen.

    De meeste gangbare voertuigen die sinds 1 januari 2000 gefabriceerd werden zijn compatibel. U kunt de compatibiliteit van uw voertuig verifiëren op http://e10.febiac.be/nl

    Net zoals voor wagens, is het belangrijk dat u nagaat of uw tweewieler compatibel is met benzine E10.

    E10 genereert iets minder energie dan benzine 95 vanwege de grotere hoeveelheid bio-ethanol in E10.

    Als de motor van uw wagen compatibel is met E10, ondervindt u zo goed als geen effect. Uw voertuig verbruikt hooguit 1 à 2 % meer. Dit verschil is echter moeilijk los te koppelen van andere factoren die een invloed hebben op het verbruik, zoals uw rijgedrag.

    Als uw voertuig daarentegen niet compatibel is, gebruik dan geen E10. Deze brandstof kan op middellange/lange termijn sommige onderdelen beschadigen zoals koppelingen, rubberslangen of brandstoftank.

    Als u per vergissing E10 tankt, is er geen probleem. Het volstaat om de volgende tankbeurten benzine 98 te tanken.

    E10 genereert iets minder energie dan benzine 95 vanwege de grotere hoeveelheid bio-ethanol in E10.

    Met een percentage van maximaal 10 % bio-ethanol per liter benzine is het verschil in prestatievermogen van uw voertuig bijna niet te merken en moeilijk los te koppelen van andere factoren die het verbruik kunnen beïnvloeden, zoals uw rijgedrag.

    Uw meerverbruik wordt hooguit op 1 à 2 % geschat. Dit is minder dan wanneer u sportief rijdt of rijdt met een te lage bandenspanning.  

    Benzine 95 E10 en lage-emissiezones zijn twee totaal verschillende zaken.

    De voornaamste criteria voor toegang tot lage-emissiezones zijn het soort brandstof (benzine of diesel) en de classificatie van de voertuigen volgens de Europese emissienormen (Euronormen).

    Er bestaan zo veel verschillende modellen, merken en types van grasmaaiers en tuingereedschap dat het onmogelijk is om op deze vraag een eenduidig antwoord te geven.

    Informeer u bij uw plaatselijke verkoper of op de website van de fabrikant van uw toestel of het compatibel is met benzine E10.

    Als nog twijfelt, gebruik dan benzine 98.

    We raden u aan u te informeren bij uw lokale verkoper of om de website te raadplegen van de fabrikant van uw apparaat of voertuig.

    Er bestaan zo veel verschillende modellen, merken en types van boten dat het onmogelijk is om op deze vraag een eenduidig antwoord te geven.

    Informeer u bij uw plaatselijke verkoper of op de website van de fabrikant van uw boot.

    Er bestaan zo veel verschillende modellen, merken en types van stroomgeneratoren dat het onmogelijk is om op deze vraag een eenduidig antwoord te geven.

    Informeer u bij uw plaatselijke verkoper of op de website van de fabrikant van uw toestel.

    Als u nog twijfelt, gebruik dan benzine 98.

    De Europese norm die op benzine van toepassing is, heeft als referentie EN 228 en werd in België omgezet  naar NBN EN 228.

    Op de website van het Bureau voor Normalisatie (NBN) kunt u deze norm kopen.

    De toegestane hoeveelheid bio-ethanol in brandstof is vastgelegd in Europese technische normen. De producenten van aardolieproducten moeten deze normen naleven. De Belgische autoriteiten controleren regelmatig de kwaliteit van die producten.

    Deze hoeveelheid verhogen door zelf ethanol in uw brandstoftank toe te voegen, maakt uw brandstof niet-conform de geldende wetgeving.

    Er bestaan geen additieven om het ethanolgehalte te doen afnemen.

    Als u voordien een additief in uw benzine deed, kunt u dit blijven doen met benzine E10 voor zover u de gebruiksvoorwaarden naleeft die de producent van het additief in kwestie heeft vastgelegd.

    Benzine E10 kan sommige specifieke en oude uitrusting beïnvloeden. Contacteer bij twijfel de producent of de leverancier van uw installatie.

    Wat uw tankstation betreft, moet u ervoor zorgen dat het gecumuleerde water in uw opslagtanks regelmatig gedraineerd wordt om problemen te vermijden.

    Bio-ethanol voor brandstof in België wordt voornamelijk geproduceerd uit zetmeel van graangewassen en uit suiker van suikerbieten. Wat na productie overblijft, gaat niet verloren maar wordt onder meer als diervoeder gebruikt.

    Elders in de wereld wordt bio-ethanol ook geproduceerd uit andere plantaardige gewassen zoals suikerriet.

    Nieuwe aanmaakprocessen worden ook ontwikkeld: gebruik maken van andere grondstoffen zoals afval van biomassa.

    Het bio-ethanol dat gebruikt wordt voor de productie van benzine E10 is gecertificeerd volgens criteria vastgelegd door de Europese Unie op het vlak van eerbiediging van de biodiversiteit en vermindering van broeikasgassen..

    Bio-ethanol heeft een kleinere koolstofafdruk dan die van fossiele benzine.

    De Europese richtlijn legt een vermindering op van minstens 50% van broeikasgas. 

    De Europese normen leggen het maximale percentage bio-ethanol dat met benzine mag worden gemengd vast op 10 %.

    Als dit percentage overschreden wordt, zijn de voertuigmotoren er niet meer aan aangepast.

    Bio-ethanol wordt overal in de wereld geproduceerd en in de handel gebracht. In Europa is bio-ethanol in benzine voornamelijk uit Europa afkomstig.

    Bio-ethanol is een product dat aan bepaalde duurzaamheidscriteria moet voldoen.

    De huidige Belgische productiecapaciteit van bio-ethanol is voldoende voor de behoeften in ons land.

    Aangezien de bio-ethanolmarkt echter vrij is, kan het bio-ethanol bestemd voor benzine E10 zowel in België worden geproduceerd als vanuit een ander land worden ingevoerd.

    De momenteel in België gevestigde productie-eenheden beschikken over een totale capaciteit van 500 miljoen liter, wat ruimschoots voldoende is om in onze behoeften te voorzien.

    Aangezien de bio-ethanolmarkt echter vrij is, kan het bio-ethanol bestemd voor benzine E10 zowel in België worden geproduceerd als vanuit een ander land worden ingevoerd.

    Het gebruik van landbouwgrond voor de productie van biobrandstoffen veeleer dan voor voedingsdoeleinden vormt inderdaad een risico.

    Sinds 2017 wordt het aandeel van biobrandstoffen uit voedingsgrondstoffen (biobrandstoffen van de eerste generatie) beperkt.

    Daarnaast wordt er steeds meer onderzoek verricht naar andere grondstoffen die kunnen dienen voor de duurzame productie van biobrandstoffen, zoals het gebruik van afval uit biomassa.

    Slechts een klein deel van de landbouwgrondstoffen wordt gebruikt voor de productie van bio-ethanol. In Europa bijvoorbeeld komt dit aandeel amper neer op 2 % van de productie van graangewassen.

    Het risico op dergelijke speculatie is bij ons dus zeer beperkt.

    Laatst bijgewerkt
    18 februari 2020